vrijdag 13 april 2012

Vier Dobbelspellen

Als een spel succesvol is, dan komt er tegenwoordig al snel een versie met dobbelstenen uit. Het is allemaal begonnen met Risk Express, en andere spellen uit die serie (Monopoly Express, Levensweg Express, enzovoorts), maar het zijn nu ook de Duitse topspellen die een dobbelversie krijgen. De afgelopen paar dagen heb ik er 4 kunnen spelen, en het niveau bleek erg variabel. Maar er zaten enkele bij die de moeite waard zijn.


Boonanza: het dobbelspel
Op de 7 dobbelstenen staan, natuurlijk, verschillende soorten bonen. Je mag ze onbeperkt overgooien, zolang je na iedere worp maar minstens 1 dobbelsteen opzij legt. Zo probeer je combinaties te vormen die op je kaartje staan, te beginnen met de onderste. Na 3 combinaties heb je een muntje verdiend, en voor iedere verdere geslaagde combinatie krijg je nog een muntje meer. Je kan meerdere combinaties in 1 worp bereiken, maar als dat niet lukt, ga je de volgende beurt weer verder waar je gebleven was.

Omdat je op ieder moment kan besluiten de huidige kaart te converteren in punten, en omdat je volgende kaart altijd al zichtbaar is, sta je vaak voor de keuze of je op een gegeven moment al aan die nieuwe kaart wilt beginnen. Er is daarom zeker wat denkwerk voor nodig om het Boonanza-dobbelspel te spelen. Ook omdat de tegenstander ook kan meeprofiteren van jouw worpen.

Dit is een best aardig spelletje, dat de moeite van het spelen waard is. Met het oorspronkelijke spel heeft het echter niet veel gemeen.


Keltis: het dobbelspel
De zoveelste Keltis-variant, en het lijkt erg op het Keltis-bordspel en het kaartspel. Op 5 dobbelstenen staan de 5 bekende Keltis-symbolen, en het groene bonus-symbool. Je mag de dobbelstenen 1 keer overgooien, en daarna mag je 1 van de 5 symbolen uitzoeken, en op dat scorespoor net zoveel vakjes naar voren gaan als je gegooid hebt.

Voor ieder scorespoor waar je aan begonnen bent, krijg je aan het eind van het spel punten: strafpunten als je minder dan 4 stappen hebt gezet, en pluspunten als je verder bent gekomen. Ook voor de bonus-fiches krijg je natuurlijk punten.

Dat lijkt simpel, en in de praktijk is dat het ook. De keuzes die je moet maken zijn zelden moeilijk, en nooit echt pijnlijk: meestal kies je gewoon het symbool waar je de meeste van hebt, tenzij je steentje op een ander scorespoor precies op een kabouter zou belanden (want dan krijg je meteen nog een beurt). Het spel is qua strategische diepgang nog het best te vergelijken met Yahtzee, maar dan alleen met de bovenste helft van het scoreblok.


Carcassonne: het dobbelspel
Het enige positieve dat ik over dit spel kan melden, is dat het in een wel heel grappig doosje zit. O ja, en het duurt maar kort.

Op iedere dobbelsteen zijn zwarte vormen afgebeeld, die overeenkomen met de stadsdelen op de tegels in het reguliere Carcassonne. Je mag 3 keer gooien, en na iedere worp mag je de gegooide stadsdelen in de vorm van een stad neerleggen. Na 3 worpen scoor je je stad, waarbij grote steden veel meer punten opleveren dan kleine steden.

Dan heb je ook nog katapult-symbolen; die dobbelstenen ben je meteen kwijt; en riddersymbolen. Met 3 ridders mag je ervoor kiezen om deze beurt niets te scoren, en dan telt je volgende beurt dubbel. Meestal is het echter beter om niet te gokken op een goede beurt, maar om gewoon iedere beurt een mooie stad te scoren.

De beslissingen in dit spel zijn eenvoudig, en er zit nauwelijks interactie in met de tegenstanders. Tijdens het spel zat ik me voornamelijk te vervelen. Dit is een absolute afrader.




Zooloretto: het dobbelspel
Dit is de dobbelversie van Zooloretto, dat in Nederland uitgebracht is als Burgers' Zoo. Van de hier besproken dobbelspellen blijft deze het dichtst bij de oorspronkelijke uitgave.

Op de 6 dobbelstenen staan 5 verschillende dieren afgebeeld, en een muntje. Als je aan de beurt bent, mag je 2 dobbelstenen gooien, en daarna op een van de vrachtwagens op het speelbordje leggen. Je mag in plaats daarvan ook een van de vrachtwagens uitkiezen, om dan die dobbelstenen te scoren.

Iedere speler heeft een scoreblok, waarop hij de verzamelde dieren kan afstrepen. Voor ieder dier is er maar een beperkt aantal plekken: zo hoef je in het hele spel maar 1 aap te verzamelen, maar wel maar liefst 5 olifanten. Als je er daarna nog een gooit, dan kost dat per diersoort 2 strafpunten, die je dan weer ongedaan kan maken door voldoende muntjes te verzamelen.

Het dobbelspel is wat eenvoudiger dan het Zooloretto-bordspel, en doet wel wat denken aan diens voorganger, het kaartspel Coloretto. Van alle hier genoemde spellen is Zooloretto de meest interactieve, en heeft het de interessantste beslissingen.


Het is mogelijk om een bordspel te converteren naar een leuke, korte dobbelvariant. Maar de ontwerpers van Carcassonne en Keltis zijn hier duidelijk niet in geslaagd. Boonanza is een leuk tussendoortje, maar de winnaar van deze vergelijkende test is overduidelijk Zooloretto. Later dit jaar komt de Nederlandse editie uit, naar het schijnt onder de naam "Dierentuin dobbelspel". Ik ga 'm in ieder geval kopen.

4 opmerkingen:

  1. Over het Carcassonnedobbelspel valt inderdaad niets positiefs te melden, de rest heb ik nog niet gespeeld. Ik heb voldoende vertrouwen in Knizia's dobbelspellen, dus Keltis ga ik ongezien kopen (het bord op de achterkant schijnt overigens een stuk beter te zijn).

    De andere twee zijn 'eerst proberen, dan kopen'.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wat toevallig, ik heb deze vier spellen ook afgelopen week gespeeld. Ik vond Keltis het leukst, daarna Boonanza, daarna Zooloretto en tenslotte Carcassonne.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Nou, nou, nou, toch heel een bijzondere spellensmaak. Enerzijds 1830 en anderzijds al die dobbeldingetjes...
    Trouwens Quarriors! al eens gedaan? Dat combineert twee van je liefdes: dobbelen en Dominion.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. @Dagmar: toevallig he? Tot morgen!

    @Michiel: 1830 en het Zooloretto-dobbelspel hebben gemeen dat de speelduur en de strategische diepgang precies in evenwicht zijn. En dus zijn ze beide het spelen waard.

    Quarriors heb ik wel eens gespeeld, en ik was niet onder de indruk. De geluksfactor was het kwadraat van die in Dominion: naast het trekken van de goede dobbelsteen(combinatie) moet je nu ook de juiste worp gooien. Het kon me niet voldoende boeien om de speelduur te rechtvaardigen. Bovendien was de uitvoering niet goed genoeg: te kleine en onduidelijke dobbelstenen.

    BeantwoordenVerwijderen